Onze oorsprong:
De Lieholter Blaaskapel is medio 1980 als hofkapel opgericht onder de naam “De Kelfkes”. De muzikanten waren allen lid van harmonie St Caecilia uit Lieshout.
In het grijze verleden hadden Lieshoutenaren de bijnaam “Koestrontraopers”. De naam "Raopers" van de carnavalsvereniging vindt hierin zijn oorsprong. Het embleem van CV de Raopers werd een Brabantse koe. Een jonge koe is een kalfje en dat is "kèlfke" in het Lieshoutse dialect. Omdat vrijwel alle kapelleden erg jeugdig waren lag de naam “De Kelfkes” toen voor de hand.
Het 1e publieke optreden was bij gelegenheid van het Prinsenbal in november 1980. Tot 1988 beleefde hofkapel “De Kèlfkes” samen met "C.V. De Raopers” een roemruchte periode. Hierna ging de kapel haar eigen weg en breidde haar repertoire uit met dans- en volksmuziek o.a. uit Egerland, Oostenrijk en Tsjechië maar ook ander genre en solistische werken werden niet geschuwd. Vanaf de beginjaren nam de blaaskapel deel aan festivals in de regio en trad op bij feesten en partijen. In 1989 organiseerde de kapel voor het eerst haar eigen “Lieshouts Klankfestijn”.
De naamswijziging:
Na verloop van tijd sloot de naam "De Kelfkes" niet meer aan bij de gemiddelde leeftijd van de muzikanten en de aard van de kapel zoals zij zich intussen muzikaal had ontwikkeld. Voor een nieuwe naam werd in 1992 een wedstrijd uitgeschreven. Tijdens het 4e Lieshouts Klankfestijn op 18 juni 1992 werd de nieuwe naam na het knallend ontkurken van de grote champignonfles onthuld door de toenmalige burgemeester van Lieshout, Piet van Hout. Het werd “De Lieholter Blaaskapel”, waarbij "Lieholt" verwijst naar de historische naam van Lieshout.
Muzikanten:
Frank Fleuren (muzikaal leider) - trompet
Peter van Kaathoven - trompet
Jan van Impelen - trompet
Guus van den Biggelaar - trompet
Bert Timmers - hoorn
Derek Dirven - trombone
Renier Vesters - euphonium
Leon van Loon - euphonium
Ton Jacobs - bes-bas
Theo van Kaathoven - slagwerk
Opstelling: